De Staat van de Stad 2024-2025: sinds 2000 groeide de bevolking met 28 procent
In dit artikel:
Onderzoek en Statistiek (O&S) publiceert op 29 september de dertiende editie van De Staat van de Stad, het jaarlijkse brede onderzoek naar de leefsituatie van Amsterdammers. Enkele opvallende feiten: sinds 2000 is de bevolking met circa 28% gegroeid, nu ongeveer 935.000 inwoners, met een prognose van ongeveer 1,1 miljoen in 2055 en ruim 117.000 extra woningen. De groei in 2024 viel terug tot 2.600 mensen (tegenover een gemiddelde van 10.000 per jaar sinds 2008), onder andere door minder buitenlandse instroom en meer vertrek naar het buitenland. Van de huidige bevolking werd 38% buiten Nederland geboren; het aandeel in de stad geboren inwoners daalde van 45% (2000) naar 35% (2025).
Woningmarkt: de voorraad nam in 2024 toe tot circa 487.000 woningen (ongeveer 30% koop, 47% sociale huur, 24% vrije sector). Koopwoningen zijn duur: de prijs stabiliseerde rond €618.000, ruim boven het landelijke gemiddelde. De kloof tussen huiseigenaren en huurders is de afgelopen tien jaar duidelijk groter geworden. Terwijl in de vrije sector het aanbod hoger is dan de vraag, blijft de schaarste in de sociale huursector nijpend.
Welzijn en gezondheid: het algemeen welzijn herstelt geleidelijk na corona; deelname aan vrijetijdsbesteding neemt toe, maar gezondheid blijft een zorgpunt. Twee derde van de volwassen Amsterdammers noemt zichzelf gelukkig; het gemiddelde rapportcijfer voor levenstevredenheid blijft rond 7,2. Vertrouwen in de toekomst heeft ongeveer 60% van de volwassenen. Regionale verschillen worden groter: Zuidoost, Nieuw-West en Noord lopen achter, met name sommige buurten in Noord-West en delen van Zuidoost.
Economie en arbeid: de Amsterdamse economie groeit sneller dan het landelijk gemiddelde, gedreven door ICT en zakelijke diensten. Voornaamste werkgevers zijn advies/onderzoek, zorg, ICT, detailhandel en horeca. Arbeidsparticipatie is historisch hoog (73%); Amsterdammers werken vaker fulltime en 22% is zelfstandige. Het aandeel vaste contracten stijgt maar blijft lager dan landelijk (48% vs 56%).
Duurzaamheid en mobiliteit: van de hernieuwbare stroomopwekking in 2024 kwam 60% van zon en 40% van wind, maar samen dekken ze slechts 7% van het totale elektriciteitsgebruik. Mobiliteit keert terug naar pre-coronaniveau (gemiddeld 2,5 verplaatsingen per dag); de fiets blijft dominant, met een toename van elektrische fietsen. Tegelijkertijd nam het aantal verkeersongevallen met letsel in 2024 toe, vooral onder fietsers.
Gezondheidsverschillen zijn groot: de gezonde levensverwachting bij geboorte is 63,6 jaar, ruim drie jaar onder het landelijk niveau; in arme wijken loopt het verschil in gezonde jaren op tot circa 13 jaar. Mentale gezondheid vraagt aandacht: 12% heeft risico op angst of depressie en sterke eenzaamheid is hoger dan gemiddeld (18%).
Sociaal en maatschappelijk: onderwijs kampt met een krimp van leerlingaantallen en een teacher shortage; segregatie neemt toe doordat ouders hoger opgeleid zijn. Financieel gezien heeft Amsterdam zowel relatief veel lage (17%) als hoge inkomens (15%); inkomensongelijkheid is groot. Een derde van de bewoners heeft moeite rond te komen, en ongeveer 70.000 huishoudens (16%) zijn minimahuishoudens. Cultureel en digitaal is bijna iedereen verbonden: internettoegang en socialmediagebruik liggen rond de 95%.
Veiligheid en leefbaarheid: bewoners geven hun buurt gemiddeld een 7,5, met grote verschillen tussen stadsdelen. De criminaliteitsindex daalde, maar zorgen over drugscriminaliteit en overlast door verwarde personen blijven in bepaalde wijken prevalent. Conclusie van het rapport: brede welvaart is sterk op gebied van werk, inkomen en voorzieningen, maar milieu, gezondheid en veiligheid vormen belangrijke uitdagingen; de stad beschikt over veel menselijk kapitaal, terwijl natuurlijk kapitaal en duurzame energie beperkt blijven.