24.000 bomen, wadi's en een kostenplaatje van 1 miljard euro: zo wordt de stad klimaatbestendig

In dit artikel:

Klimaatsverandering zorgt in Amsterdam voor vaker extreme hitte en hevige regenbuien. Een door Arcadis uitgevoerd onderzoek in opdracht van de gemeente rekent uit welke ingrepen nodig zijn om de stad tot 2050 ‘hittebestendig’ en waterrobuust te maken: ruim 23.600 extra bomen, tal van wadi’s en andere maatregelen, en een totale investering van circa 1 miljard euro. Tegelijkertijd zouden daarmee honderden miljoenen aan schade aan wegen en gebouwen kunnen worden voorkomen.

Concrete doelen zijn dat iedere inwoner binnen 300 meter een koele plek bereikt en dat 30% van loops- en fietspaden in de schaduw ligt. Voor 23.630 nieuwe bomen rekent Arcadis ongeveer 145 miljoen euro aan aanplant- en ruimtekosten (planten plus groeiruimte). Daarnaast vraagt het beschermen van bijna 71.000 bomen die kwetsbaar zijn voor droogte om circa 355 miljoen euro om groeiplaatsen te verbeteren.

Voor waterafvoer raadt het rapport wadi’s aan — lager liggende delen in straten waar regenwater tijdelijk wordt opgevangen en infiltreert — met geraamde kosten van ongeveer 350 miljoen euro. Extra waterberging via groene daken, groenstroken en vergelijkbare voorzieningen kost naar schatting nog eens 200 miljoen. Als meer regenwater op privéterreinen opgevangen moet worden kan dat tot 400 miljoen extra oplopen. Het jaarlijkse onderhoud van al deze maatregelen wordt geschat op circa 18 miljoen euro.

Gedeeld over de periode tot 2050 komt de investering neer op ongeveer 41,5 miljoen euro per jaar, zo’n 0,5% van Amsterdams jaarsaldo (8,2 miljard). Arcadis stelt dat daarmee tussen de 686 miljoen en 1,07 miljard euro aan toekomstige schade kan worden vermeden. Bepaalde buurten — zoals Museumplein/Concertgebouwbuurt (Zuid), delen van Noord en Zuidoost en het bedrijventerrein Van Houten in Weesp — kennen hogere aanlegkosten per hectare.

Wethouder Melanie van der Horst benadrukt het meervoudige nut van groen: “Meer bomen en groen en wateropslag in onze stad is niet alleen goed om de stad te beschermen tegen extremer weer, het wordt er echt veel fijner van voor iedereen die hier woont.” De uiteindelijke keuzes over uitvoering en financiering liggen bij het volgende stadsbestuur; volgens de wethouder is dit ook een landelijke opgave waar Den Haag bij betrokken moet worden.